Het Nationaal Park Skaftafell is samen met Nationaal Park Jökulsárgljúfur onderdeel van het Nationaal Park Vatnajökull. Het park is geliefd vanwege het -voor IJsland- relatief milde klimaat en ruige landschap. Wij wandelden er langs de Svartifoss op weg naar de top van Kristinartindar, waarvan de hoogste piek op 1126 meter hoog ligt en daarmee een geweldig uitzicht biedt op de omliggende gletsjers.
Onze dag begon echter een heel stuk verderop, namelijk bij Skogafoss. Aangezien het ongeveer twee uur rijden zou zijn, wilden we vroeg vertrekken. Zo geschiedde. Ware het niet dat het slecht weer was. Oké, het was droog, maar daar was alles meegezegd. De eerste anderhalf uur was het zo mistig dat je geen hand voor ogen zag. Totdat we Skaftafell bereikten, daar kwam het zonnetje door.
Om klokslag tien uur liepen we weg bij de auto, in de hitte. Na de camping begint het pad behoorlijk te stijgen. Nergens moeilijk, maar wel steil. Gestaag lopen we door en maken onderweg een praatje met een Brits gezin. Ook zij willen naar de top van de Kristinartindar, maar betwijfelen of dat vandaag wel gaat lukken. De top hangt namelijk in de wolken, en ze hebben zojuist iemand gesproken die gister naar de top was gelopen en helemaal niets heeft gezien. Hmm…
Na een half uurtje lopen komen we aan bij Svartifoss. Een bijzonder fraaie waterval, omgeven door kolommen van zwart basalt.
Na de nodige foto’s gemaakt te hebben, lopen we verder.
Een prima pad leidt ons over een grote weide verder omhoog. Om de paar minuten kijken we omhoog, maar de top blijft gehuld in de wolken.
Pas als we even zitten te lunchen, verdwijnen de wolken. Bij toeval komen we vlak daarna twee Fransen tegen die we tijdens het lopen van de Laugavegur ook al hadden gezien. Zij vertelden ons dat je geduld moet hebben, maar het uitzicht echt geweldig was. Voor ons stond het toen vast, wolk of geen wolk, wij zouden naar de top van Kristinartindar lopen.
Niet wetende wat dit eigenlijk betekende. Net onder de top, hadden we de keuze: linksaf omhoog, of rechtdoor om de top over te slaan. Links dus. Een steile puinhelling volgde, met nadruk op steil. Na behoorlijk wat geploeter kwamen we opnieuw op een kruising: als we weer links zouden gaan, dan zouden we het laatste stukje naar de top klimmen. Gaan we het doen of niet? Op dat moment lopen we in de wolken. Ja, zeggen we allebei volmondig. Een nog steilere puinhelling volgt, waarbij je soms je handen moet gebruiken om over rotsblokken te klauteren. Maar het is de moeite waard. Precies als wij de top bereiken, wijken de wolken namelijk uiteen, wat ons een grandioos uitzicht geeft op de omgeving.
Een hele tijd zitten we daar maar te zitten, genietend van het uitzicht. Om de paar minuten horen we een enorm gebulder, geen onweer maar zo klinkt het wel. Na een tijdje zien we waar het gebulder vandaan komt. Aan de overkant van de vallei is een gletsjer aan het smelten, waarschijnlijk door het warme weer, waardoor er iedere keer een lading sneeuw en ijs vele meters naar beneden van een rotswand valt. Wat gaaf om te zien!
Helaas kunnen we niet eeuwig blijven zitten op de top van Kristinartindar, ook al zouden we dat wel willen. De weg naar beneden volgt eerst dezelfde puinhelling als die we omhoog hebben gelopen. Nog net zo steil, of misschien wel steiler. In een vlaag van onoplettendheid schuift er opeens een steen weg waardoor één van ons valt. Gelukkig werd de klap opgevangen door de camera. Nouja, gelukkig… de camera bleek iets minder fortuinlijk (gelukkig hebben we de camera ’s avonds weer zo goed als het ging weten te repareren). De puinhelling lieten we daarop snel achter ons en eenmaal voorbij de eerste kruising (waar we op de heenweg van rechts waren gekomen), volgt een lange maar geleidelijke afdaling. Kijken we achterom, dan zien we telkens de Skaftafellsjakur gletsjer. Wat een uitzicht. Naarmate we verder naar beneden lopen, wordt het ook weer drukker met dagjes mensen. Velen lopen slechts naar het dichtstbijzijnde uitzichtpunt. Wij slaan veel van deze uitzichtpunten over, ze halen het namelijk toch niet bij het uitzicht vanaf de top van Kristinartindar.
Na een totale tijd van 8 uur (6,5 uur lopen) komen we na 18 kilometer lopen weer bij de auto aan. Wat was dat een geweldige wandeling. Door de warmte best wel zwaar, maar zeker de moeite waard. Een aanrader!
0 reacties