Nationaal Park de Hoge Veluwe is ruim 5.400 hectare groot. In het park liggen tal van wandelroutes. De meeste van deze routes zijn vrij kort, een aantal is echter wat langer, waarvan de ‘Sporen uit het verleden’ er één van is. Met 19 kilometer is de route prima te doen voor de geoefende loper. Is 19 kilometer te veel, dan kun je altijd halverwege een gratis Witte Fiets pakken en terug naar het startpunt fietsen.
Op de website van Nationaal Park de Hoge Veluwe kun je een gratis route beschrijving downloaden. Wij hebben de route echter in tegengestelde richting gelopen: dus vanaf de ingang bij Hoenderloo rechtsom in plaats van linksom. Het eerste deel van de route loop je door een bos. Pas vlak voor Jachthuis Sint Hubertus, loop je in Siberië (ja zo heet het gebied echt) over een stuk heide. Jachthuis Sint Hubertus is het voormalige buitenhuis van het echtpaar Kröller-Müller. Het huis is rond 1915 ontworpen door de Nederlandse architect Berlage, en is één van Berlages meesterwerken. De route leidt je langs de vijverpartij (die Berlage ook heeft ontworpen), vanwaar je een mooi uitzicht hebt op het Jachthuis.
Als de route het Jachthuis eenmaal achter zich heeft gelaten, duikt de route het bos weer in. Direct wordt het ook heuvelachtig. Een mooi en afwisselend landschap volgt tot aan het bezoekerscentrum. Daar kom je ook gelijk in de drukte: waar we de hele route eigenlijk nog geen mens tegen zijn gekomen, krioelt het rondom het bezoekerscentrum van de mensen. Nu zijn wij niet mensenschuw, maar het is wel een flinke overgang van de stille natuur naar de drukte van het bezoekerscentrum. Wij stappen daarom gestaag verder en lopen over een wandelpad waar toch wel erg veel fietsers op fietsen in de richting van het Kröller-Müller Museum.
De route loopt vanaf het Kröller-Müller Museum eerst nog een klein stukje in zuid-westelijke richting, om daarna af te buigen naar het oosten, richting de ingang bij Hoederloo. Maar eerst komt de route nog langs het graf van Anton en Helene Kröller-Müller en weer vrij dicht langs het bezoekerscentrum. Pas als de route het bezoekerscentrum echt achter zich heeft gelaten, neemt de drukte op de paden weer af. Via het Deelense Veld (groot heide gebied) komt de route uiteindelijk weer uit bij de parkingang bij Hoenderloo en dus het eindpunt van de route.
Tijdens de bronstperiode is een deel van de route (ten zuide van het Kröller-Müller Museum) niet toegankelijk. De route is daardoor tijdens de bronstperiode 14 kilometer, in plaats van 19 kilometer normaal.
0 reacties