Te Araroa: Harper Pass (van Boyle Village naar Arthur’s Pass)

Nadat we woensdag toch maar bij het Boyle River Outdoor Education Center zijn gebleven, was ons doel om donderdag maar weer eens wat meters te maken. Om de hitte voor te zijn, zijn we maar weer eens op onze oude vertrouwde tijd van half zes opgestaan om iets minder dan uur later te gaan lopen. Ondanks het vroege uur, viel het niet mee om goed meters te maken. Eerst moesten we een stuk door en langs de Boyle River lopen. Mooi, maar het schoot niet echt op. Pas vanaf Windy Point kwam de gang er een beetje in, maar toen kwam ook de hitte alweer om de hoek zetten. Gelukkig liep een groot deel van de route door het bos, waardoor we nog enige beschutting hadden van de zon. Het pad liep langs de rand van een vallei, die verdacht veel weg had van de prairies zoals je die in Amerika ziet: grote velden met hoog gras zo ver het oog reikt. Net iets na twaalf uur, kwamen we aan bij de Hope Halfway Hut. Een oude hut die er van binnen nog redelijk goed uitziet. Niet dat dat van belang is voor ons, aangezien wij er alleen maar geluncht hebben. Hoewel het eigenlijk veel te warm was om verder te lopen, hebben we toch de tassen maar weer op onze rug gehesen en zijn we weer gaan lopen. Zeven kilometer was het maar naar de volgende hut. Opnieuw een route voornamelijk door het bos en een deel door open grasland, waar we zomaar opeens twee koeien tegen het lijf liepen (geen idee waar die zo opeens vandaan kwamen). Frustrerend was het bord dat we op een gegeven moment tegen kwamen waarop stond dat het nog 45 minuten lopen was, terwijl het volgens onze eerdere berekeningen nog maar een kwartier zou moeten zijn. Wat maakt dat half uur nou uit? Nou, in deze hitte best wel veel… Gelukkig had het bord het bij het verkeerde eind, en kwamen we 14:45 uur aan bij de Hope Kiwi Lodge. En dat het een lodge genoemd wordt is terecht, wat een mooie hut zeg!

Lake Sumner

Vrijdag liep de wekker iets eerder af zodat we nog wat meters konden maken voordat het weer zo heet als gisteren zou worden. Toen we opstonden zagen we echter dat het flink bewolkt was. We hebben daarom maar rustig aan gedaan met inpakken en zijn uiteindelijk om 6:15 uur gaan lopen. Vanaf de Hope Kiwi Lodge (646m) liep de route naar Kiwi Saddle (677m). Het eerste deel van de route liep door open graslandschap, om daarna het bos in te duiken. Kiwi Saddle stelde niet heel veel voor, maar het was dan ook niet echt een hoge pas. Het uitzicht op Lake Sumner hebben we ook maar (letterlijk) links laten liggen: met de laaghangende bewolking en onze eerdere ervaring op de Queen Charlotte Track, hadden we niet echt hoop dat het hier veel beter zou zijn (en dat was het gelukkig ook niet hoorden we later van anderen). Vanaf Kiwi Saddle zagen we de hele tijd Lake Sumner tussen de bomen door liggen. Het duurde echter een hele tijd voordat we ook daadwerkelijk aan de oever van het meer stonden, wat ook een mooi uitzicht was. Vanaf daar was het een heel kort stukje open graslandschap om daarna weer het bos in te duiken. Pas vlak voor het bereiken van de volgende hut, zouden we het bos pas weer uitkomen, om de Matagouri Flat over te steken naar de Hurunui Hut (no.5 hut).

Na geluncht te hebben bij de Hurunui Hut zijn we verder gelopen. Een route die volgens de trail notes (alsmede het bord bij de hut) 4 uur zou duren. Na 45 minuten lopen over een makkelijk pad door open graslandschap kwamen we bij een bord waarop stond dat het nog maar 1,5 uur was. Mooi, dat gaat goed, dachten we. Maar na 1,5 uur geen hut. Maak daar maar iets meer dan 2 uur van. Oké, nog steeds sneller dan de aangeven tijd in de trail notes, maar toch: die borden hier, daar heb je niets aan.

Een groot deel van de middag liep opnieuw door het bos, waarbij het pad op sommige punten in behoorlijk slechte staat verkeerde (omgevallen bomen, landverschuivingen, e.d.). Bijna hadden we daardoor zelfs de afslag naar een heuse hot spring gemist, maar gelukkig zag Jasper net op tijd de oranje marker hangen. Marjon kon het niet laten om de hot spring even uit te proberen door er in te gaan staan. Maar aangezien Jasper levend werd gevild door de sandflies, duurde het badderen niet heel lang. Vanaf de hot spring was het nog een aardige tijd door de roller coaster die Nieuw-Zeelands bos heet voordat we aankwamen bij Hurunui Hut no.3.

Harper Pass

Vanaf Hurunui Hut no.3 (648m) volgde de route de Hurunui Rivier stroomopwaarts tot nabij zijn/haar oorsprong. Dat klinkt makkelijker dan dat het daadwerkelijk was: het pad door het bos, langs de oever van de rivier was op zich prima, ware het niet dat er een aantal hele sketchy stukken tussen zaten. Bij een grote wash-out was het nagenoeg een verticale wand waar we langs moesten zien te komen. Met één hand aan een paar loszittende boomwortels en de voeten op een smal richeltje is het uiteindelijk gelukt. Vreemd dat daar niets aan gedaan wordt (op foto’s van lopers van vorig jaar hadden we dit stuk ook al voorbij zien komen). Het laatste stuk van de route liep wat steiler omhoog (maar nergens heel steil) over een smal pad langs de rivier. De vele varens en andere planten die graag over het pad hangen, maakte het zien van gaten en afgronden er niet makkelijker op, maar we zijn boven gekomen. Althans, waar de rivier linksaf boog, echt de berg op, zijn wij rechtdoor gegaan naar Harper Pass (962m). Een bergpas die in 1857 de eerste oost-west verbinding inluidde en de jaren daarna druk is gebruikt door mens en dier, maar na de opening van de autoweg in 1866 in verval is geraakt. In 1930 heeft de overheid geprobeerd de Harper Pass nieuw leven in te blazen door het aan te merken als een ‘populaire’ wandelbestemming. Vandaar ook de hutten met nummers, die verwijzen dus naar vroegere tijden…

Als beloning voor de beklimming van Harper Pass, kregen we een mooi uitzicht over de vallei voor ons. Afdalen naar deze vallei viel nog niet mee: een steil, met stenen bezaaid pad vergde enige tijd en bracht ons naar de hangbrug over de Taramakau Rivier. Verschillende landverschuivingen hadden delen van het pad opgegeten, waardoor we een heel stuk door de rivierbedding moesten lopen (gelukkig stond de rivier erg laag en was dat dus geen probleem). Na ongeveer 6 uur lopen kwamen we aan bij Locke Stream Hut (no.4 Hut). We hebben lang getwijfeld of we nog wat verder zouden lopen, bijvoorbeeld naar de Kiwi Hut, maar aangezien we er allebei wel klaar mee waren voor vandaag, zijn we maar bij de Locke Stream Hut gebleven. ’s Middags hebben we onze kleding even in de rivier gewassen om daarna zelf ook maar even een ‘duik’ te nemen (niet letterlijk, aangezien de rivier niet zo diep is). Een fris maar schoon ogenblik later konden we weer opwarmen in de zon, die scheen vandaag namelijk weer ongekend fel.

Taramakau River

Zondag hadden we niet een heel lastige route voor de boeg, althans dat dachten we. We moesten namelijk de Taramakau Rivier volgen tot aan de kruising met de Otira Rivier. De eerste twee uur ging erg lekker: door bos, met af en toe een stukje rivierbedding en open graslandschap naar de Kiwi Hut. Hoewel deze hut een stukje van de route af ligt, zijn we er toch een kijkje gaan nemen, vooral om het intension book te tekenen. Vanaf Kiwi Hut dacht Marjon weer last te hebben van oranje driehoekjes blindheid (in Nieuw-Zeeland een ernstige aandoening), gelukkig bleek dit niet het geval te zijn, maar bleek het een algeheel gebrek aan oranje markers te zijn. Oftewel: volg de rivier maar en succes! Maar aangezien de rivier nogal slingert door de vallei, is dat makkelijker gezegd dan gedaan. Daarbij maakt het struikgewas het er niet makkelijker op. Maar het is gelukt! Samen met Mara (een Zwitserse, met wie we onze gebarentaal hebben kunnen oefenen) zijn we na een lange steen-hop tocht aangekomen bij de Otira Rivier. Omdat we hadden gehoord dat de route langs de Otira Rivier erg lastig is (veel landverschuiving, deze route wordt niet onderhouden DOC), zijn we de Otira Rivier overgestoken om een klein stukje (2km) over de snelweg naar de Morrison Footbridge te lopen. Zo’n 1,5 kilometer verderop vonden we een mooi beschut plekje voor onze tent. Aangezien de temperatuur inmiddels was opgelopen tot ondraaglijk warm, hebben we voordat we tent hebben opgezet, eerst maar een duik genomen in de rivier. Helaas kwam er toen ‘opeens’ een onweerswolk overdrijven waardoor we de tent alsnog in alle haast konden opzetten.

Deception River

Het inpakken van de tent was vanochtend een hele opgave: de sandflies maakte het ons namelijk niet makkelijk om alle spullen in te pakken. Gehuld in regenbroek en met lange mouwen, konden we enigszins ongestoord doorwerken.

Vanaf onze kampeerplek nabij de Morrison Footbridge (327m hoogte), volgde de route de Deception River. In tegenstelling tot wat we verwacht hadden, was de route door de Deception River wel goed gemarkeerd. Hoewel we dus niet constant naar de juiste route hoefden te zoeken, werd de route er niet bepaald makkelijker door. Rivier in, rivier uit. Bos in, bos uit. Over grote rotsblokken klauteren en langs een touw een verticale wand van 3 meter afdalen (dat laatste hebben we niet gedaan, aangezien je er ook gewoon omheen kon lopen, door de rivier heen, waarom moeilijk doen als het ook makkelijk kan). Alle obstakels kwamen voorbij waardoor het een erg slow-going route was. Totaal tegen onze verwachting in, arriveerden we rond half twaalf al bij de Upper Deception Hut (757m), waar we een vroege lunch hebben genoten.

Na weer vol energie te zitten, hadden we nog maar een ‘klein’ stukje af te leggen naar de Goat Pass Hut. Dit kleine stukje vergde echter nog de nodige tijd: de rotsblokken waar we over- en omheen moesten klimmen werden groter, waardoor het allemaal nog langzamer ging. Maar dat is niet erg, het was mooi weer en we hebben alle tijd. Na nog meer geklauterd te hebben, kwamen we rond 14 uur aan bij Goat Pass Hut (1057m). Een hut met een geweldig uitzicht, waar we de rest van de middag niet heel veel meer hebben gedaan.

Arthur’s Pass

Toen we wakker werden, zagen we dat het erg bewolkt/mistig was. Na het eten van ons ontbijt zijn we daarom maar weer even op één oor gaan liggen, in de hoop dat de zon de wolken wel zou verdrijven. Dat gebeurde niet helemaal. Althans, niet zoals wij hoopten. Om kwart voor acht zijn we uiteindelijk maar gaan lopen, nog steeds in de wolken. Na eerst nog een paar meter geklommen te hebben naar de daadwerkelijke Goat Pass, daalde het pad via een mooi vlonderpad. Al snel kwamen we daardoor onder de wolken terecht, wat ons mooie uitzichten opleverde. Nog een halfuurtje later, kwam de zon er door en werden de wolken beetje bij beetje verdreven. Wij liepen ondertussen over een bospad dat erg makkelijk liep, op een paar kleine stukjes na waar een beek of berg gekruist moest worden, lagen soms hele steile klimmetjes en afdalingen. Het laatste deel van de route eindigde zoals het ook begon: gewoon door de rivierbedding. Gelukkig wel met markeringen dit keer.

In totaal hebben wij over dit hele stuk (vanaf de Morrison Footbridge) dus zo’n 8 tot 9 uur gedaan. Best aardig, zou je denken. Over een paar dagen is er een ultrarun van kust naar kust, die duurt zo’n 40 uur waarbij de snelste deelnemers dit pad in ongeveer 3 uur lopen. Hmmm…

Rond lunchtijd kwamen wij in ieder geval aan bij de snelweg. Vanaf hier was het nog 5km over de snelweg naar Arthur’s Pass, dit wilden we proberen te liften. Net toen we daar aankwamen stopte er een auto waar een aantal andere Te Araroa lopers uitkwamen die uit Arthur’s Pass kwamen en naar de volgende sectie werden gebracht. De man die hen wegbracht zou ons wel oppikken, mochten we er nog staan als hij terugkwam. Wij zijn daar dus maar blijven staan, hebben onze duim wel opgestoken naar de paar auto’s die voorbij kwamen, maar geen die stopte. Behalve dan uiteindelijk die man. Die heeft ons afgezet in het ‘centrum’ van Arthur’s Pass. Vervolgens hebben we een onderdak voor de nacht gezocht. Dat viel nog niet mee, aangezien er veel vol was. Uiteindelijk hebben we een plekje gevonden in een heel leuke bed & breakfast.

Gepubliceerd op woensdag 31 januari 2018.

0 reacties

Een reactie versturen

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *